De vroegere abdij werd helemaal bedolven onder het duinzand. Dat graven mag je dus letterlijk nemen.

Ondanks dat duinzand werd er toch bouwmateriaal uit de ruïnes weggehaald om er huizen mee te bouwen. Kort na de Tweede Wereldoorlog zelfs nog voor de restauratie van het Brugse Grootseminarie.

In de 19e eeuw groeide de interesse voor de abdij en die kreeg een extra boost na de zaligverklaring van abt Idesbald in 1894. Publicaties over deze abt verschenen en de eerste proefopgravingen naar zijn abdij startten.

In het Interbellum werd de precieze locatie van de gebouwen in kaart gebracht.

Vanaf 1949 begon gericht archeologisch onderzoek. De opgravingen legden meteen de kerk bloot en er werd een museum ingericht dat de vondsten combineerde met een natuurwetenschappelijk luik.

Voor het beheer ervan werd in 1959 een vzw opgericht. Na jaren van grote publieksaandacht deemsterde het museum wat weg.

Er werd een museum ingericht dat de vondsten combineerde met een natuurwetenschappelijk luik.

Omstreeks de eeuwwisseling nam de gemeente het museum over en werd het volledig vernieuwd. De focus van Abdijmuseum Ten Duinen ligt nu op het grotere verhaal van de abdij en haar orde en met een hernieuwde wetenschappelijke werking.

De inwijding van de kerk van de Duinenabdij was een grote gebeurtenis. Voor de feestelijkheden werd iedereen (ook vrouwen dus) uitgenodigd. De plechtigheden haalden zelfs het jaarboek van Veurne

In de 19e eeuw groeide de interesse voor de abdij en die kreeg een extra boost na de zaligverklaring van abt Idesbald in 1894.