Afgelopen zomer telden 663 insectenspotters de zeldzame en minder zeldzame insecten die in onze gemeente rondkropen en
-vlogen.

In totaal werden 769 verschillende soorten gezien. En in die lijst zaten een aantal zeldzame pareltjes. Deze gegevens werden verzameld via de app 'ObsIdentify' en zorgen dat we de insectenwereld in Koksijde beter begrijpen.

De blauwvleugelsprinkhaan (174 waarnemingen) voert de lijst aan. De sprinkhaan dankt zijn naam aan de helderblauwe achtervleugels die je in rust niet ziet. Alleen na een sprong slaat hij zijn felgekleurde vleugels uit waarmee hij niet kan vliegen, maar wel tientallen meters zweeft.

Je ziet zijn blauwe vleugels alleen wanneer hij 'zweeft'.

Op de tweede plaats staat het charmante oranje zandoogje (156 waarnemingen). Dit vlindertje, met zijn kenmerkende oranje vleugels, is een veelvoorkomende verschijning in onze gemeente.

Oranje zandoogjes zijn courante bloembezoekers: wilde marjolein, bloeiende bramen, vlinderstruiken, distels en koninginnekruid .

Het klein koolwitje sluit de top 3 af. Met zijn witte vleugels en sierlijke vlucht zorgt dit insect voor een vleugje schoonheid.

‘Het koolwitje’ is eigenlijk een verzamelterm voor drie algemene soorten: het klein koolwitje, het groot koolwitje en het klein geaderd witje.

Wist je dat… mensen sneller waarnemingen van bijzondere soorten doorgeven? Dat is de reden dat de heivlinder (plek 4) hoger staat dan de atalanta (op plek 5). Wellicht kreeg deze vlinder extra aandacht. De heivlinder is een zeldzame soort die hier nog een aantal bolwerken heeft.

De heivlinder leeft in droge en schrale gebieden zoals de duinen en heiden. In Vlaanderen is de heivlinder kwetsbaar.

Zeldzaam en toch gespot

Deze lijst omvat de soorten die in weinig andere gemeenten zijn waargenomen, wat Koksijde tot een bijzondere plek maakt voor deze insecten.

Op plaats één van de zeldzame soorten vinden we de sliptijmmot: de vlinder is donkerbruin getekend met over elke vleugel twee witte dwarsbanden, waarvan de binnenste niet volledig over de vleugel loopt, en een witte stip op de voorvleugel. In Nederland en België is de soort heel zeldzaam.

De soort gebruikt walstro, munt, tijm en marjolijn als waardplanten. De soort vliegt van mei tot in oktober in twee jaarlijkse generaties. In België is de soort zeer zeldzaam.

De smalle hermelijnbladroller is een zeer zeldzame soort die je hoofdzakelijk in de duinen ziet.

Een zeer zeldzame soort die lokaal in de duinen voorkomt.

De ossentonggraafwants sluit de top 3 af. Ze worden zo genoemd omdat ze op de tong van een os lijken.

De ossentonggraafwants is 9 tot 11,5 mm lang. Ze zijn diepzwart maar iets minder glanzend dan de er op lijkende Sehirus luctuosus - foto: Michael Linnenbach

Alleen te vinden bij ons

Eind 2021 werden in Koksijde rupsen gevonden van de tamariskwespvlinder. Aan onze Westkust kijk je dus best 2 keer voor je een wesp een wesp noemt. Op de stammen van de aangeplante tamarisken in vooral De Panne en Koksijde tref je namelijk de tamariskwespvlinder (synanthedon theryi) aan. Deze wespvlindersoort wordt vooral in zuidelijkere en warmere delen van Europa waargenomen.

Het tubebijtje stelis odontopyga (de soort heeft geen Nederlandse naam) werd voor het eerst ontdekt in België in 1954 en je raadt het al: dat was in onze gemeente. Tubebijen zijn parasitaire bijen. De vrouwtjes dringen binnen in nesten van andere bijensoorten en leggen daar hun eieren. Daarom worden ze ook ‘koekoeksbijen’ genoemd.

Hoe kan je nog meer insecten verwelkomen?

  • Vergroot de natuurgebieden en verbind ze: investeer in natuuraankopen en creëer groene corridors.
  • Zorg voor een sterk natuurweefsel: bouw een groen netwerk met corridors en natuurlijke elementen.
  • Kies voor inheemse planten: gebruik lokale plantensoorten om bijen en vlinders te helpen.
  • Maai minder: beperk maaien tot 2 à 3 keer per jaar en verwijder het maaisel.
  • Beheer de bermen ecologisch: ontwikkel een bermplan met typische bermbloemen.
  • Beheer de grachten en beken natuurvriendelijk: verbeter de waterlopen voor meer waterleven.
  • Plaats insectenhotels: een belangrijke aanvulling op de natuurlijke plekjes voor insecten.
  • Let op met invasieve soorten: denk dan aan de Japanse duizendknoop.
  • Gebruik geen pesticiden.
  • Ondersteun natuurliefhebbers: Werk samen met lokale natuurverenigingen en individuele bewoners.