Het was de taak van de Canadezen om de Franse en Belgische kustzone te bevrijden. Rond Duinkerke moesten ze een wijde boog maken omdat de Duitsers de Moeren onder water hadden gezet. Daardoor werd de stad een bijna oninneembare vesting.

Ze gaven zich slechts over na de totale wapenstilstand in mei 1945. De Canadezen met in hun zog een Tsjechische tankbrigade, benaderden de westkust langs de wegen van Ieper en Diksmuide richting Veurne. Ook het gebied rond Wulpen en Ramskapelle stond onder water, een tactiek die de Duitsers van de Belgen leerden in 1914. Op 8 september werd een Canadees verkenningsvoertuig aan de Wulpenbrug onder vuur genomen en vernietigd door de Duitsers die een dodelijk raid uitvoerden op Oostduinkerke-Dorp met de bekende gevolgen. De herdenking vindt plaats in en aan de Sint-Niklaaskerk op zondag 11 september.

  • 9.30 uur: Plechtigheid op de gemeentelijke begraafplaats met bloemenhulde op de graven van de gesneuvelde verzetslieden, op het graf van André Geryl, omgekomen in een concentratiekamp en op de Britse Militaire begraafplaats.
  • 10.15 uur: Plechtige eucharistieviering in de Sint-Niklaaskerk, ter nagedachtenis van onze helden, gefusilleerd en gesneuveld bij de bevrijding van Oostduinkerke op 8 september 1944. De kerkelijke plechtigheid wordt opgeluisterd door het koor Beauvarlet uit Koksijde.
  • 11 uur: Bloemenhulde aan het monument voor de gesneuvelde verzetslieden en omgekomen burgers op het grondgebied van Koksijde-Oostduinkerke.

Verzetstrijders omgebracht

Op 8 september werden in Oostduinkerke acht verzetsstrijders door Duitse troepen omgebracht. Het verzet hield in Oostduinkerke-Dorp, dat de bezetter had opgegeven, enkele Duitsers en lokale collaborateurs gevangen. Soldaten van een Duitse kustbatterij, die de strijd nog niet hadden opgegeven, kwamen de gevangenen bevrijden en schoten de acht verzetslui neer.

De zaak zinderde in Vlaanderen jarenlang na als de zaak Irma Laplasse. De zoon van Irma Laplasse was één van de zwarten die het verzet had opgepakt en zij riep de hulp in van de soldaten van de Duitse kustbatterij. Zij werd daarvoor na de oorlog, als één van de enige vier vrouwen, in België ter dood veroordeeld, een vonnis dat ook is uitgevoerd en omstreden was.

In 1996 besliste een rechtbank, na een herziening van het proces, dat de vrouw terecht ter dood was veroordeeld.

Bron: Fabrice Maerten; vrtnws zondag 8 september 2019