Jilke Michielsen is een jonge (16) renster uit Oostduinkerke. Ondanks die prille leeftijd hangen er al een paar Belgische medailles rond haar hals. Op 31 juli snelde ze in Brasschaat naar de overwinning bij de nieuwelingen en eind december graaide ze twee Belgische driekleuren mee op de piste in Gent (puntenrit en omnium). De redactie van Tij-dingen sprong zelf op de fiets voor een flitsend interview.
Tij-dingen: Je bent Belgisch kampioene bij de nieuwelingen. Is dat je mooiste overwinning?
Jilke Michielsen. "Ja. Als eerstejaars bij de nieuwelingen had ik dat op voorhand niet durven dromen. Eén van mijn grootste concurrentes kon er niet bij zijn, dus dat was mijn kans. Maar tegelijk zorgt dat voor extra druk en stress. Blij dat het gelukt is. (glimlacht)"
T-d: Wat is de mooiste race die je al reed?
Jilke: "De Ronde van Vlaanderen vorig jaar. Het is uiteraard een mooi parcours, maar ook de omkadering is heel leuk: alle renners worden op het podium geroepen, er staat een groot scherm en de wedstrijd werd ook uitgezonden op YouTube. Top allemaal. De wedstrijd zelf verliep niet volgens plan door mechanische problemen. Op een helling viel mijn ketting eraf en ik moest te veel krachten verspillen om terug aan te sluiten bij de kopgroep. Uiteindelijk werd ik zevende."
T-d: Welke koers zou je absoluut nog willen rijden?
Jilke: "Goh, dat is een moeilijke. Terug de ronde misschien? Of deelnemen aan het Europees Olympisch Jeugdfestival (EOYF). Dat is een tweejaarlijks evenement voor jonge atleten uit 48 landen. Ik zou deel willen uitmaken van de Belgische selectie nieuwelingen. Wel niet gemakkelijk om die selectie te halen, want je moet goed kunnen tijdrijden en dat is niet echt mijn discipline. Nog niet. (lacht)"
Ik zou deel willen uitmaken van de Belgische selectie nieuwelingen
T-d: Je rijdt ook op de piste en met succes. Wat doe je het liefst?
Jilke: "Moeilijke keuze. Het zijn totaal andere disciplines. Ik doe het allebei graag en ik haal in beide disciplines titels. De explosiviteit die nodig is op de piste, helpt me ook op de weg. Win-win dus."
T-d: Heb je een idool? Een favoriete renner of renster?
Jilke: "Lotte Kopecky zonder twijfel. Zij combineert ook de weg met de piste en ze doet dat allebei heel goed. Het zou ongelooflijk zijn om in haar voetsporen te treden. Of moet ik klikpedalen zeggen? (lacht)"
T-d: Koksijde, dat is de Duinencross. Rij je ook in het veld?
Jilke: "Nee, dat is te koud voor mij. Af en toe rij ik wel met de mountainbike, maar daar stopt het. Ik volg het wel."
T-d: Wat is je favoriete plek om te trainen? Spurt je soms de Hoge Blekker op?
Jilke: "Ik trek vooral richting binnenland, waar ik tussen de velden de wind opzoek. Een recht stuk langs het water is ook ideaal. Pas op, de Hoge Blekker zit soms ook in mijn trainingsparcours, maar dan vooral om de benen los te rijden. Een sprintje naar boven. (glimlacht)"
Lotte Kopecky is mijn idool. Het zou ongelooflijk zijn om in haar voetsporen te treden
T-d: Welk type renner ben je? Je hebt een goed eindschot in de benen?
Jilke: "Klopt. Ook na een zware wedstrijd kan ik nog een goede sprint rijden."
T-d: Op welk vlak moet je nog verbeteren? Waaraan moet je nog werken?
Jilke: "Aan mijn tijdrijden. Ik oefen dat wel op de Topsportschool (Jilke volgt daar sinds september 2022 les). Onze school heeft een parcours waarop we blokjes rijden. Richting wegseizoen en als het warmer wordt, zit dat zeker in mijn programma.
T-d: Je volgt les aan de Topsportschool. Ook daar ligt de focus op wielrennen?
Jilke: "Inderdaad. Ik start elke dag met een training van twee uur, ik moet al om 8 uur op de piste staan, best wel vroeg. (lacht) Daarna heb ik twee uur les. Na het middageten krijg ik opnieuw twee uur les. Het is mijn eerste jaar op de Topsportschool − ik zit nu in het vierde middelbaar − en dat scheelt toch wel. Vroeger moest ik na schooltijd trainen en daarna nog mijn schoolwerk maken. Ik moest proeven afleggen om binnen te raken, dus ik ben blij dat het gelukt is. In mijn klas zitten nog drie andere rensters, waaronder Zita Gheysens, tegelijk mijn grootste concurrente en beste vriendin. Voor de rest zitten daar ook turners en voetballers."
Prof worden is de droom van iedere jonge renster. Maar ik zorg wel dat ik mijn studie achter de hand houd
T-d: Wat is je minst favoriete vak?
Jilke: "De taalvakken. (lacht) Wetenschappen boeien mij wel. We hebben niet veel les, het is dus niet dat ik haatgevoelens zal krijgen voor taal, hoor."
T-d: Wat is je absolute droom?
Jilke. "Prof worden is de droom van iedere jonge renster, denk ik. Maar ik zorg wel dat ik mijn studie achter de hand houd. Als een profcarrière er niet in zit, wil ik dermatoloog worden. Of misschien de combinatie."
