Christophe Vancoillie is uitbater van schietkraam Elvis. Een attractie die hij al zeven jaar uitbaat. Hij is sinds 2004 zelfstandig foorkramer en kent dus alle truken van de foor.
Tij-dingen: Door de jaren heen zijn kermissen veel veranderd. Wat vind je zelf de belangrijkste verandering?
Christophe Vancoillie: "Iedereen is volgens mij nog altijd even kermisgezind als vroeger. Maar in veel steden en gemeenten valt de politieke steun weg. Denk maar aan de Sinksenfoor in Antwerpen. Besturen verplaatsen de kermissen van het centrum naar de rand en dan vermindert de beleving natuurlijk. Gelukkig kunnen we in Koksijde nog altijd terecht op het Hegerplein. Wat ook veranderd is, zijn de eisen waaraan we moeten voldoen. De reglementeringen worden altijd strenger: jaarlijkse keuringen, kilometerheffingen en noem maar op. Dat zorgt ervoor dat ons beroep steeds duurder wordt om uit te oefenen, kosten die we niet kunnen doorrekenen."
T-d: De kermis was vroeger een hoogdag voor ouders en kinderen. Leeft het nu nog altijd?
Christophe: "We merken wel dat het publiek ons nog steeds nodig heeft. Zeker in coronatijden. De kinderen zijn nog altijd zot content als ze de flosj kunnen pakken in de draaimolen. Dat verandert niet. De leeftijd schuift wel wat op. Vroeger zaten kinderen tot aan hun dertien jaar op de draaimolen, dat zie je nu niet meer."
T-d: Kom jij graag naar Koksijde?
Christophe: "Absoluut. Koksijde is een typische dorpskermis. Er komen weinig toeristen. Onze bezoekers zijn vooral lokale mensen fldie elkaar kennen. De leerlingen van de Hotelschool behoren tot ons vast publiek. Zij komen elk jaar terug en daaraan zie je dat het nog altijd leeft."
Kom samen met je (klein)kinderen naar de kermis in Koksijde-Dorp (L. Hegerplein) en maak leuke herinneringen voor later. Oliebollen eten, rondjes draaien op de draaimolen of eendjes vissen. Toffe attracties van vroeger én nu.
kinderen zijn nog altijd zot content als ze de flosj kunnen pakken in de draaimolen
T-d: Wat is jouw favoriete attractie?
Christophe: "Goh, die heb ik eigenlijk niet. Ik hou vooral van de sfeer die op een kermis hangt. De nostalgiek. De kramen van vroeger vooral: de botsauto's, het eendjeskraam en de geur van oliebollen. Dat is zalig."
T-d: Is het kermispubliek door de jaren heen veranderd?
Christophe: "Het publiek niet echt. Het grote verschil zit vooral in de doelgerichtheid. Vroeger had je veel mensen die langs de kramen slenterden, om de sfeer op te snuiven. Dat heb je nu veel minder. Klanten komen gerichter en kiezen hun attracties uit. Onze inkomsten zijn eigenlijk niet gedaald, wel het aantal bezoekers dat naar de kermis komt. Minder babbelaars, meer doeners (lacht)."
T-d: Foorkramers zijn voortdurend onderweg en doorkruisen het hele land. Is dat een eenzaam bestaan?
Christophe: "Eigenlijk niet. Ik ben er zeker van dat we meer sociale contacten hebben dan een gewone werkmens. We zien zo veel verschillen… om een voorbeeld te noemen. Vorige winter stond ik op een parking aan de snelweg in Jabbeke. Ik kocht iets in het winkeltje naast de parking en vroeg langs mijn neus weg of ik geen korting kon krijgen. Jamaar, antwoorde hij. Ik krijg toch ook geen korting bij jou? Die man kende me dus van mijn schietkraam (lacht). Ik ben ook voortdurend op de baan met dezelfde collega's en beschouw hen als een stuk van mijn familie. We hebben elkaar ook nodig hé. De samenhorigheid onder foorkramers is heel groot."