Je wandelt door de duinen. Wat zie je? Helmgras. Duindoorn. Een konijn misschien? Onze tip: kijk ook eens naar beneden, naar de grond onder je voeten.
Daar groeit een verborgen wereld: mossen. Carl Van Den Broeck is er gek op. Hij vertelt waarom mossen zich voortplanten in de regen, waarom ze geen wortels nodig hebben en hoe ze onze duinen redden. Na dit interview kijk je nooit meer op dezelfde manier naar de grond.
Tij-dingen: Hoe is jouw passie voor mossen ontstaan?
Carl Van Den Broeck: "Mijn vader was onderwijzer en ik liep vaak met hem mee door de natuur. Hij toonde me heel veel dingen. Die interesse is dan blijven sluimeren tot ik de cursus natuurgids volgde - ik woonde toen nog in Mechelen. Ik moest toen een afstudeerproject maken, een terreinstudie en als begeleiders kreeg ik 2 wetenschappers die heel erg bezig waren met paddenstoelen, en mossen. De kleine dingen. Zo sprong de vonk over. En als je 10 soorten mossen kent, dan voel je je direct al een specialist. Mossen op naam brengen is een sociale aangelegenheid, want je doet dat samen met andere liefhebbers. Dan raak je er sneller in. We hebben een werkgroepje dat regelmatig samenkomt in het Duinenhuis of in het gemeentehuis."
T-d: Waarom zijn mossen volgens jou zo boeiend – en vaak ondergewaardeerd?
Carl Van Den Broeck: "Mossen worden inderdaad nog niet genoeg naar waarde geschat. Wanneer ik mensen meeneem op een excursie of een wandeling en het gaat over mossen, dan hoor ik vaak de vraag: 'Hoe raak ik ze kwijt?' of 'Wat kan ik ertegen doen?' Maar wat maakt ze boeiend? Mossen maken net als andere planten suikers en zetmeel aan met zonlicht. Maar er is wel een enorm verschil. Mossen hebben geen wortels, maar hechtdraadjes: ze nemen geen voedingsstoffen op uit de plek waar ze staan (wij noemen dat het substraat). Mossen nemen voedingsstoffen celletje per celletje op. Ze geven het ook niet door, want ze hebben geen vaatstelsel zoals andere bloemplanten. Die nemen wel mineralen op uit de bodem om die verder te transporteren. Bij mossen is dat niet zo. Elke aparte cel heeft blaadgroen en elke aparte cel maakt suikers en zetmeel aan."
Mos heeft regen nodig om zich voort te planten - copyright: Carl van den Broeck
T-d: Mossen planten zich ook op een bijzondere manier voort?
Carl: "Ja. Mossen dragen geen echte bloemen. Hun geslachtsorgaantjes zitten verstopt tussen de blaadjes, je ziet die eigenlijk niet. Maar ze zijn er wel: mannelijke en vrouwelijke geslachtsorgaantjes. Bij bloemen zie je altijd meeldraden en stampers. Het is zo dat er vanuit dat mannelijke orgaan spermatozoïden moeten raken tot bij het vrouwelijke. Die zaadcellen hebben een flagel (of zweepstaartje of -haar dat dient voor de voortbeweging) en zwemmen door regendruppels naar dat vrouwtje. Geen bestuiving dus door de wind of insecten. Mossen hebben water nodig om van dat mannelijk orgaan naar het vrouwelijke te raken. En als dat vrouwtje bevrucht is, dan komt daar een steeltje uit. Bovenop dat steeltje staat een bekertje waarin zich sporen ontwikkelen. Die sporen kunnen dan vrij in de atmosfeer vliegen. Een spoor van een mosplantje is één 10.000e van een millimeter groot. En die zijn dan in staat om nieuwe mossen te maken. Dus zonder water geen seks bij mossen."
T-d: Het is een pionierssoort?
Carl: "Klopt. Stel dat je een akker ploegt in de polders, dan heb je naakte grond waar niks groeit. Het eerste wat erop komt, zijn mossen. Hetzelfde geldt voor onze duinen. Als je op het strand vertrekt en je gaat de duin op, dan heb je het wit, stuivend zand. Maar even later kom je in een groene zone terecht met allemaal duinsterretjes - een soort mos. Dat duinsterretje fixeert de duin en houdt die ook vochtig. Zet je maar eens neer op een strook mos: je broek is zeker nat. Verwar trouwens het duinsterretje niet met sterrenmos, want dat is een soort die in bossen voorkomt. Tussen dat mos stapelt zich organisch materiaal op en daarna groeien daar grassen, kruiden, duindoorn enzovoort. Mossen zorgen dus voor dat broodnodige eerste laagje.Soms gaat het niet verder dan die die eerste laag. Er is zoveel dynamiek in de duinen door verstuivingen. Dan stuift er terug zand over het mos en heb je opnieuw een kale plek."
Dat duinsterretje fixeert de duin en houdt die ook vochtig. Zet je maar eens neer op een strook mos: je broek is zeker nat.
T-d: Dan is het belangrijk dat mossen kunnen groeien?
Carl: " Vandaar dat je ziet dat het Agentschap Natuur en Bos bepaalde duinengebieden afsluit. Dan passeren er minder mensen en houden die mossen stand. En kan de duin niet meegroeien. Een duin kan enkele mm groeien per jaar, als je dielaat doen en dat is waarschijnlijk op dit moment dezelfde snelheid als de stijging van de zeespiegel. Mochten we onze duinen voldoende ruimte geven, dan vormen die een natuurlijke barrière. Al zitten we dan met een ander probleem, want het hinterland stijgt niet mee. Dan wordt de zee hoger, maar blijven de polders even diep en dan krijg je verzilting door de druk van het zeewater. 30 meter onder de duinen vind je nog zout water. Kunnen we daar nog dezelfde gewassen telen? Maar dat is een ander probleem."
T-d: Zeg geen mos tegen een korstmos?
Carl: "Nee, want korstmos is een symbiose tussen een alg en een schimmel. Het heeft dus niks te maken met mos en ook niks met een korst. Als je daar een stukje van neemt en onder de microscoop legt, zie je allemaal draadjes. Hier en daar zit er een groen bolletje tussen. Dat groen bolletje is de alg en die draadjes zijn de schimmel. De alg zorgt voor de voeding en de schimmel zorgt voor het huisje. De alg kan alleen leven, de schimmel niet."
T-d: Wat maakt de duinen van Koksijde een bijzonder gebied voor mossenonderzoek?
Carl: "Onze duinen zijn rijk aan kalk. Dat komt deels omdat ze vermengd zijn met schelpjes en deels omdat er kalk in de bodem zit. Als je 15 kilometer zuidelijker gaat, dan zie je bergen van kalk. In Engeland ook. Hoe verder je naar het noorden gaat, richting Nederland, hoe dieper die kalk zit. In Nederland zijn de duinen veel zuurder. Daarom zie je in onze duinen mossen die je niet vindt in Nederland of de Ardennen. En nooit heideplantjes. De duinen lijken op een heide, maar zijn het niet."
Wist je dat? Korstmos is een symbiose tussen een alg en een schimmel. Het heeft dus niks te maken met mos en ook niks met een korst.
T-d: Welke mossen springen er voor jou uit in onze streek? Zijn er typische Koksijdse soorten?
Carl: "Het duinsterretje waarover ik al sprak. Dwergwratjesmos vind ik ook prachtig. Een mooie naam ook. Dat is een zuidelijke soort, uit het Middellandse zeegebied die naar het noorden opschuift. Ik was een andere soort – helmroestmos – aan het bekijken toen ik daartussen een mosje zag met heel kleine blaadjes. Het werd pas 10 jaar geleden voor het eerst in onze streek ontdekt. Blaasjesmos vind ik ook een leuke. Een zuidelijke soort ook. Dat is een mosje dat alleen op naakte grond groeit. Je vindt die vaak op campings, op plekken waar bv. het buitenzeil van een tent lag. Normaal ontdek je die niet in Koksijde, maar toen ik op onderzoek ging, vond ik ze toch."
T-d: Zijn er dieren of insecten die afhankelijk zijn van mossen?
Carl: "Mossen worden niet gegeten door lokale fauna. In het hoge noorden eten rendieren wel mossen en korstmossen. Er zijn ook dieren die zich erin verstoppen. Denk maar aan die rode spinnetjes of mijten. De nematode, dat is een rondworm, is wel afhankelijk omdat die vocht nodig heeft. Andere dieren kom ik weinig tegen in mos. Vogels, mezen bv., gebruiken wel fijnladdermos om nestkasten aan te kleden. Dat is zacht en isolerend."
Krulmos met mosschijfje - copyright: Carl van den Broeck
T-d: Welke bedreigingen zijn er voor onze mossen?
Carl: "De meeste soorten kunnen tegen betreding. Zolang de intensiteit niet te groot is. Sommige soorten verspreiden zich ook wanneer mens of dier erop trappen. Vegetatieve vermenigvuldiging noemt dat. Door de klimaatopwarming schuiven mossen wel op. Zuidelijke soorten duiken hier op en soorten die hier groeiden schuiven verder op. Dat is wel een probleem wanneer soorten niet meer verder kunnen opschuiven natuurlijk."
T-d: Je mag 1 tip geven om mossen beter te leren kennen. Welke?
Carl: "Misschien begin je best met lezen over mossen. Dit interview is een goeie start. (lacht) Of de Nederlandse website www.blwg.nl/alles-over-mossen Je leest er antwoorden op al je vragen. Waarom groeit alleen mos op die plek in mijn gazon? Waarschijnlijk omdat het gaat om een plaats in de schaduw. Mossen zorgen trouwens niet voor schade. Ook niet op je dak. Ga eens langs op een begraafplaats en bekijk oude graven. Dan ontdek je muisjesmos of murenmos. Die zien eruit als kussentjes."
T-d: Heb je een favoriete plek in de Koksijdse duinen voor het bestuderen van mossen?
Carl: "Ter Yde. Dat gebied loopt van de zee tot de Oostvoorduinen. En je vindt er heel wat verschillende biotopen. Witte en grijze duinen, duinpannen, een bos en zelfs een beek. Andere plekken waar je andere mossen ziet. De Oostvoorduinen lopen zelfs over in mijn tuin. Dat zijn oude duinen waar minder kalk in de grond zit en dus ook zuurder zijn."
Ga eens langs op een begraafplaats en bekijk oude graven. Dan ontdek je muisjesmos of murenmos. Die zien eruit als kussentjes.