1. Leg een realistisch doel vast

Niets werkt zo demotiverend als trainen zonder trainingsdoel. Ga voor kleine en realistische doelen. Zoals Over één maand wil ik twee kilogram kwijt of Over een maand wil ik twintig push-ups achter elkaar doen. Wanneer je dit doel binnen een maand bereikt, kies je een volgende uitdaging.

2. Beloon jezelf als het goed gaat

Liefst niet met eten, natuurlijk. Trakteer jezelf op een nieuwe sportuitrusting als je je doel hebt gehaald. Of bekijk een dubbele aflevering van je favoriete serie op Netflix.

3. Plan een vast tijdstip in

Elke dinsdagavond en donderdagavond van 19 tot 20 uur bijvoorbeeld. Wanneer je elke week twee of drie keer 45 tot 60 minuten vastzet in je agenda, zorg je ervoor dat je je sportafspraak niet vergeet. Het zorgt ook voor meer zelfdiscipline.

4. Stel meerdere sportschema’s samen

Wanneer je altijd hetzelfde schema traint, verdwijnt het plezier snel. Zoek daarom twee of drie schema’s uit en wissel ze af. Maandag schema A, woensdag schema B en vrijdag schema C. Of vier weken hetzelfde schema en de volgende vier weken het tweede schema, etc.