In de rubriek De fakkel van Koksijde draagt een inwoner het woord over aan iemand anders. De enige voorwaarde is dat hij of zij een directe link heeft met Koksijde. Jan Calcoen kreeg de fakkel in mei en gaf die door aan Luc Vanacker.

Tij-dingen: Leg eens kort uit wie je bent, wat je doet en waar je vandaan komt.

Luc Vanacker: "Van opleiding ben ik germanist, maar aan het VTI van Ieper gaf ik vooral de vakken maatschappelijke vorming en geschiedenis. Daar volbrachten we enkele mooie projecten met de leerlingen, zoals het nabouwen van een vliegtuig uit de Eerste Wereldoorlog of het opzoeken van V1-basissen in West-Vlaanderen. In 2008 hebben we graven van Oekraïense WO II-dwangarbeiders van een nieuw kruis voorzien."

T-d: Heb je nog andere hobby’s of passies?

Luc: "In mijn vrije tijd verrichtte ik nogal wat onderzoek rond de Eerste Wereldoorlog in onze regio. Daar is na ruim een eeuw het laatste woord nog niet over verteld. Dat is één van de redenen waarom we een paar jaar geleden startten met een nieuwe regionale historische kring: Tussen IJzer & Schreve."

Het is hier goed wonen, al neemt de druk van het massatoerisme de laatste jaren sterk toe.

T-d: Wat maakt onze gemeente uniek?

Luc: "In een kustgemeente zijn de temperaturen niet zo extreem: minder koud in de winter en minder warm in de zomer. Met Ieper scheelt dat al gauw een graad of drie, soms vier. We hebben ook minder regen en meer zon. Het is hier goed wonen, al neemt de druk van het massatoerisme de laatste jaren sterk toe. En een stijgende zeespiegel kan al dat moois zomaar wegspoelen. Daarom is ecologisch handelen een must."

T-d: Ooit al overwogen om ergens anders te wonen of te verhuizen?

Luc: "Ik verhuisde van Woesten naar Koksijde omdat mijn echtgenote, Monique Supeley, hier werkte. Nu stopt zij veel van haar vrije tijd in de kledingbank Camino. We hebben hier dus allebei onze bezighouding (lacht)."

Als ik met kleinzoon Arthur langs de begraafplaats wandel, danken we die jongens altijd.

T-d: Neem ons mee naar je favoriete plek in Koksijde.

Luc: "Hoewel ik gids voor heel de regio Veurne-Ambacht, gids ik vrijwel uitsluitend op de Coxyde Military Cemetery (Britse begraafplaats in Koksijde-Dorp, red.). Een groene openluchtkathedraal. Op 11 november organiseert de gemeente hier nog elk jaar een mooie herdenking. Dan is ook Peter Guntrip − een Engelsman die voor SHAPE (Supreme Headquarters Allied Powers Europe, red.) werkte, maar nu in Koksijde woont − aanwezig namens The British Legion.

Als ik met kleinzoon Arthur langs de begraafplaats wandel, danken we die jongens altijd. We moeten weer leren vechten voor wat waardevol is.

Ook de fakkel van John McCrae (Canadese legerarts, red.) doorgeven: To you from failing hands we throw the torch to hold it high uit In Flanders’ Fields(gedicht van John Mc Crae dat hij schreef na de dood van zijn goede vriend en landgenoot: luitenant Alexis Helmer, red.). Hier ligt trouwens een dichter, Thomas Hulme, die ongeveer hetzelfde zei met andere woorden: There is nothing to do but keep on. De opgravingen onder het politiekantoor toonden aan dat er in de 7e-8e eeuw in Koksijde een Angelsaksische nederzetting was. Op de begraafplaats liggen drie mannen die Cox heten. Verwanten van de naamgever van onze gemeente die in 1917 terugkeerden en er zijn gebleven?"

T-d: Tot slot. Wie krijgt De fakkel van Koksijde van jou en waarom?

Luc: "Aan Jozef Ameeuw. Hij leerde me veel over de streek en Frans-Vlaanderen.”