Belgen en huisdieren, het blijft een goed huwelijk. En sinds de lockdown zijn die banden nog versterkt. Ondertussen bezit meer dan de helft van de Belgische gezinnen een huisdier: 31 procent daarvan zijn kattenliefhebbers en bijna een kwart verkiest geblaf boven gemiauw. 

Tij-dingen trok naar Dierenasiel Ganzeweide waar veel huisdieren een tweede thuis krijgen, in afwachting van een nieuw baasje. Een gesprek met André Lycke (voorzitter) en Melissa Lust (coördinator).

Tij-dingen: Ondanks de campagnes blijven zwerfkatten of verloren gelopen poezen een probleem. Hoeveel katten vangen jullie jaarlijks op?

André Lycke: "Eigenlijk vangen wij vooral verloren gelopen poezen op, die zijn bijna altijd tam. Zwerfkatten zijn verwilderde huispoezen en niet handtam. Voor die dieren opvang vinden, is dan ook niet evident. Jaarlijks vangen we 250 katten op, maar dat cijfer zegt niet zoveel en daarom spreken wij liever over overnachtingen. Voor katten zijn dat er 10.000 per jaar en met honden erbij 16.000."


Melissa Lust: "Sommige dieren zitten hier heel kort, sommigen verblijven hier maanden. Voor kittens vinden we meestal snel een nieuwe thuis, maar we krijgen ook gewonde of zieke dieren binnen en die hebben eerst verzorging nodig."


André: "We merken wel dat de zwerfkattenacties hun vruchten afwerpen. De laatste jaren zien we een daling van het aantal verwilderde katten, zeker in vergelijking met tien jaar geleden. In de omliggende gemeenten zijn ook een aantal opvangplekken voor katten gestopt, komt dat ook daardoor? Sowieso is een opvang runnen een zware opdracht, alleen is dat niet meer haalbaar. Meer en meer mensen steriliseren ook hun katten, dat helpt ook."

In de nieuwbouw komt ook een therapeutische ruimte voor honden

Ganzeweide

André Lycke (voorzitter) en Melissa Lust (coördinator) zitten zich dagelijks in voor de opvang van de dieren in Ganzeweide. 

T-d: Jullie voorzien binnenkort nog meer ruimte voor katten?

Melissa: "Ondertussen hebben we drie kamers om 27 poezen in quarantaine te houden (om zeker te zijn dat ze geen ziekte hebben). Het verblijf voor adoptiekatten wordt binnenkort uitgebreid waardoor we opvang zullen hebben voor 70 poezen."


André: "De oplevering is voorzien voor augustus. We hoopten om klaar te zijn voor het kittenseizoen startte, dat is in mei en juni, maar helaas. Met de uitbreiding willen we meer rust creëren voor katten die bij ons verblijven. We verdelen het kattenverblijf ook in twee om botsende karakters uit elkaar te houden. De uitstroom van katten verloopt sowieso vlot, mensen die een kat verliezen, adopteren vaak een nieuwe."
 

Melissa: "In de nieuwbouw komt ook een therapeutische ruimte voor honden. Een soort van living waar een hond op zijn gemak kan zijn, zonder dat die andere honden ziet. Zo zien we hoe het dier zich gedraagt in een huiselijke omgeving. Ook handig om kennis te maken met toekomstige baasjes."

T-d: Beslissen mensen te snel om een huisdier te nemen?

André: "Ja, we ervaren dat elke dag. Wij merken dat aan het aantal aanvragen om afstand te doen van jonge huisdieren. Vooral bij grote(re) honden. In het begin zijn die klein en schattig, maar ze hebben veel begeleiding nodig. Reken maar op vijf tot zes maanden opvoeding. Een pup die niet goed wordt gesocialiseerd, kan tijdens de puberteit onhandelbaar en onstuimig worden. En dan beslissen mensen om dat dier weg te doen."


Melissa: "Een huisdier neem je voor het leven, maar de realiteit is soms anders. Je eigen leven staat ook niet stil: verhuizen, van job veranderen of kinderen krijgen… dat zijn momenten waarop een huisdier niet goed meer uitkomt. En dan doen mensen een beroep op ons."


André: "Ook voor oude(re) dieren krijgen we vragen tot afstand. Huisdieren worden ouder en hebben – net als mensen – meer verzorging nodig. Soms loopt het kostenplaatje dan op: medische verzorging, andere voeding, meer aandacht. Dat kan en wil niet iedereen opbrengen. Ondertussen werken we, noodgedwongen, met wachtlijsten. Als we een vraag krijgen, gaan we ter plaatse om te kijken of het dier daar toch niet kan blijven. Soms lukt dat met wat (kleine) aanpassingen. We moeten sowieso zorgen dat we noodopvang hebben: bv. bij een sterfgeval of een tijdelijk onderkomen bieden aan ronddolende of in beslag genomen dieren."

We merken wel dat de zwerfkattenacties hun vruchten afwerpen. De laatste jaren zien we een daling van het aantal verwilderde katten

André Lycke

T-d: Zijn er meer huisdieren dan vroeger?

T-d: Wat als je geen opvang vindt voor een dier?

Melissa: "Die vraag krijgen we dikwijls. (glimlacht) Ik kan je geruststellen, er staat geen limiet op het aantal dagen dat een hond of kat bij ons verblijft. Er zijn dieren die snel een nieuwe thuis krijgen, andere verblijven maanden bij ons. Eigenlijk vinden we voor elk dier wel een plaats."


André: "Voor schuwe katten duurt dat bv. langer, maar we zien dat ze tammer worden naarmate ze langer bij andere katten vertoeven. En dat verhoogt hun adoptiekansen. Blijven ze toch te schuw? Dan zoeken we een welkomstplekje, een plaats waar de kat buitenshuis verblijft, maar wel water, eten en onderdak krijgt. De kat komt vermoedelijk nooit binnen, maar zal wel de vriendschap van de mensen die hen een tweede kans bieden, leren waarderen. Door ze een gepaste verzorging te geven zijn ze dankbaar voor hun nieuwe thuis. Soms vragen  boeren naar zulke katten, de muizenvangers zeg maar."

T-d: Voor welke (soort) dieren is een nieuwe thuis vinden het moeilijkst?

André: "Dat hangt van verschillende factoren af: ras, leeftijd, medische voorgeschiedenis of de looks. Sommige dieren verkopen zichzelf niet. (lacht) Grote hondenrassen zijn moeilijk, maar bij pups ligt dat anders. Daarvoor krijgen we veel aanvragen, niet dat we daar licht overgaan, we zijn streng op onze adoptanten, want we kennen de valkuilen."


Melissa: "Sommige rassen zijn minder populair, denk maar aan Mechelse herders en Staffordshire terriërs. Voor die dieren is er een overaanbod. Mechelse herders hebben een competente baas nodig en staffords kregen de voorbije jaren een slechte reputatie. Kleine honden vinden wel snel een tweede thuis, ongeacht hun looks of leeftijd."


André: "Minder mooie honden of honden met een medische voorgeschiedenis hebben het moeilijk. Adoptanten willen gezonde dieren. Hetzelfde verhaal bij katten. Gelukkig mogen we niet klagen, praktisch alle dieren die bij ons verblijven, vinden vroeg of laat een nieuw baasje. Nog een leuke anekdote: op de cover van ons tijdschrift plaatsten we de foto van een kat waarvoor we niet snel opvang vonden – ze had redelijk wat haar verloren. Wat bleek? Nog voor het tijdschrift verscheen, werd ze geadopteerd. Daar ging onze cover. (lacht)"

T-d: Binnenkort komt er een strooiweide bij het asielcentrum?

André: "Die vraag kwam vanuit de gemeenteraad, in 2019 al, maar corona zorgde voor vertraging. Een exacte datum voor de opening hebben we nog niet, maar we hopen dat het nog dit jaar is. Het gras werd in juni ingezaaid. Bovendien zoeken we nog een naam voor de strooiweide. Heb je een idee? Bezorg dat dan via Facebook.com/dierenasiel.ganzeweide. Ondertussen kregen we al de eerste aanvragen binnen van mensen die hun dier willen uitstrooien, de as bewaren ze nu nog thuis."


Melissa: "Er is vooral behoefte aan een serene plaats om afscheid te nemen van een huisdier. Op andere strooiweides ontbreekt dat nog. Onze strooiweide is omgeven door natuur waar je in alle rust afscheid neemt en nadien ook kan terugkeren."

T-d: Jullie gaan ook dienst doen als tussenstation voor het vogelopvangcentrum?

André: "Dat klopt. We zullen binnenkort, na de oplevering van de renovatiewerken aan een oud militair wachtlokaal op onze site, een deel van dat gebouw ter beschikking stellen van het vogelopvangcentrum (VOC) van Oostende. Via hun netwerk en dat van Brandweer Westhoek wordt opvang voorzien voor gewonde vogels en kleine huisdieren. Het dierenasiel wordt dus niet betrokken bij de opvang. Het is een tussenoplossing zodat het VOC de dieren naar hun centrum kan overbrengen. Het VOC start binnenkort een campagne om extra vrijwilligers te ronselen."

T-d: Worden er veel vogels binnengebracht? Is er een bepaalde soort die eruit springt?

Melissa: "Volgens de statistieken van VOC Oostende werden vorig jaar 164 dieren uit Koksijde binnengebracht. Met een piek tussen mei en september. De top-3? De zilvermeeuw (onklopbaar op nummer één), de houtduif en de egel. De vogelgriep zorgt voor een groter aantal slachtoffers onder de meeuwen. En dat heeft zijn impact op de slechtvalk, want die vangt meeuwen en zieke dieren zijn gemakkelijke prooien… Ook voor mensen kan vogelgriep gevaarlijk zijn, vandaar dat je geen zieke dieren of kadavers mag aanraken. Ze worden altijd opgehaald door specialisten in beschermende pakken."

Een huisdier neem je voor het leven, maar de realiteit is soms anders.

Melissa Lust

T-d: Met hoeveel werken julie in Ganzeweide? Hoeveel vrijwilligers zijn er actief?

André: "In ons asiel zijn vijf medewerkers fulltime actief: drie dierenverzorgers, een administratieve medewerker voor de boekhouding (en facturatie) en coördinator Melissa. Die verzorgers zorgen niet alleen voor de dieren, maar regelen ook adopties en consultaties bij de dierenarts."


Melissa: "Daarnaast doen we nog een beroep op ongeveer 70 vrijwilligers. De meeste helpen bij de verzorging van de dieren: reinigen en onderhouden van de verblijven, eten geven, wandelen met de honden of aandacht schenken aan de katten. Een paar vrijwilligers helpen bij de administratie of op markten en evenementen."


André: "Onze gastgezinnen zijn de laatste groep vrijwilligers, dat zijn mensen die voornamelijk zorgen voor kittens – al dan niet samen met de mamakat. Het kan ook gaan om gewonde dieren die moeten revalideren. In ons centrum hebben we een kabinet voor de dierenarts waar zelfs kleine operaties worden uitgevoerd. De dierenarts komt twee keer per week langs voor o.a. de opvolging van de vaccinaties, sterilisaties of castraties. De dierenverzorgers kunnen altijd een extra consultatie aanvragen."

T-d: Wat is het vreemdste dier dat jullie ooit binnenkregen?

André: "Drie cane corso's. Krachtige, grote honden, een beetje te vergelijken met een minipony. Die kwamen van een fokkerij waar 110 (!) van die honden verbleven, er werd een spreidingsplan opgesteld en zo kwamen er ook een paar bij ons terecht. Aan die fokkerij stond een file van bestelwagens van asielcentra. Die honden hebben hier een jaar gezeten voor wij een gepast adoptiegezin vonden."


Melissa: "Ik herinner me een Bulgaarse herder. Dat was ook een fokdier en kreeg door dat voortdurend fokken een heupdysplasie. De hond had een operatie nodig die 12.000 euro kostte. Gelukkig konden we dat geld bijeenkrijgen door welwillende sponsors."

Wist je dat Ganzeweide zijn naam ontleent aan de plek waar het dierenasiel oorspronkelijk zou liggen? Namelijk op de Ganzeweidehoek, een paar honderd meter van de vroegere locatie (langs de Iepersesteenweg) vandaan.

Ganzenweide
Ganzenweide
Ganzenweide
Ganzenweide
Ganzenweide
Ganzenweide