Gilbert Rommelaere (77) en Charles Vannecke (88) maakten eerst furore als leerkracht en directeur van de Koksijdse gemeenteschool. Ook zetten ze hun schouders onder één van onze mooiste sportprojecten: de minivoetbalcoördinatie.
Het voorbije seizoen mochten de minivoetballers mee vijftig kaarsjes uitblazen. Als beloning voor de inzet benoemde Koksijde Gilbert en Charles op 21 januari tot sportief ambassadeur.
Het jubileumseizoen van de voetbalcoördinatie zit er intussen op, het ideale moment voor onze redacteur om een balletje te trappen met Gilbert en Charles.
Tij-dingen: De minivoetbalcompetitie bestaat vijftig jaar. Hoe is het begonnen?
Gilbert Rommelaere: "Het begon in 1973, toen werd er vanuit jeugdclub Mollebard een minivoetbalcompetitie opgericht door Jan Van Cauwenberge en ikzelf. Bij de jeugdclub was ik sportverantwoordelijke en als voetbaldier was de keuze voor die sport snel gemaakt. In diezelfde periode kwamen ook de tennisclub en de basketbalclub op, dankzij de nieuwe sporthal in Koksijde-Dorp."
Charles Vannecke: "Ik ben er na 24 jaar bijgekomen om het secretariaatswerk over te nemen van Willy Degraeuwe die Freddy Vandewoude opvolgde. Op dat moment was ik al coach van de ploeg Edison die kampioen speelde in 1982."
Organiseren zit in ons bloed. We hebben elkaar als het ware aangestoken (Charles)
T-d: Wat waren de hoogtepunten tijdens die halve eeuw? Dieptepunten?
Charles: "Iedereen van de streek die een beetje tegen een bal kon sjotten vond de weg naar onze competitie. Er zijn banden gesmeed voor het leven. Daar zijn we trots op."
Gilbert: "Rond de eeuwwisseling verschenen wekelijks 21 ploegen aan de aftrap. We moesten toen zelfs ploegen weigeren, omdat er te weinig uren beschikbaar waren in de sporthal. Als dieptepunt sta ik stil bij de terugval van de laatste jaren. Dit jaar namen slechts negen ploegen deel. Het sportaanbod is enorm toegenomen en ook de vergrijzing speelt een rol."
Charles: "Tijdens de gloriejaren waren er drie reeksen van zeven ploegen en waren er zelfs twee wedstrijden op vrijdagavond, voor de studenten. Veel horecazaken in Koksijde-Dorp zagen de minivoetballers graag komen. Zo zijn er banden gesmeed voor het leven."
T-d: Hoe is het gesteld met het niveau?
Gilbert: "De kwaliteit van de spelers ligt nog steeds hoog, maar vroeger was het spel minder fysiek. Tactiek en op het juiste moment toeslaan, zijn cruciaal in minivoetbal."
T-d: De gemeente huldigde jullie allebei als sportief ambassadeur. Een leuke erkenning?
Gilbert: "Een verrassing, maar een mooie beloning voor ons werk. Als leerkrachten zetten we veel jonge gasten aan tot sporten. Op de speelplaats zie je snel of iemand talent heeft. Dan probeerden we te zorgen voor dat tikkeltje extra motivatie. Charles was mijn mentor, hij was de eerste sportgangmaker van onze gemeente."
Charles: "Ook Gilbert verdient lof. Twintig jaar lang stak hij zijn vrije woensdagnamiddagen in toernooien en veldlopen. Organiseren zit in ons bloed. We hebben elkaar als het ware aangestoken."
T-d: Trapten jullie zelf een balletje vroeger? Of andere (mini)voetballinks?
Charles: "Ik speelde bij KVV Coxyde en de VOSK (veteranen oud-spelers Koksijde, red.). Bij KVVC was ik trainer van de jeugdploegen, reserven en het eerste elftal. Later speelde ik ook minivoetbal."
Gilbert: "In het minivoetbal speelde ik zeker mijn rol: als speler, 49 jaar als scheidsrechter en lid van de beroepscommissie. In vervlogen tijden was ik een wroetende middenvelder bij Eendracht Jonkershove."
Charles is altijd mijn mentor geweest, hij was de eerste sportgangmaker van onze gemeente (Gilbert)
T-d: Scheidsrechter zijn… niet altijd even gemakkelijk. Vinden jullie er nog genoeg?
Gilbert: "Dat was soms geen makkie. Vroeger leverde elke ploeg twee arbiters aan, maar dat systeem was niet houdbaar. Nu werken we met vier vaste scheidsrechters: Jan Mahieu, Dany Vanhollebeke, Theo Pieters en Mario Coffyn."
Charles: " Ze doen het uitstekend. Ook de zaalwachters zorgden goed voor ons en de spelers. De kleedkamers lagen er telkens kraaknet bij."
T-d: Jullie hebben een paar specifieke regels. Waar pikten jullie die op?
Charles: "De regels namen we over van een andere competitie, dus de regels kwamen toevallig tot stand."
Gilbert: "Wist je trouwens dat de Vlaamse minivoetbalfederatie ons vaak probeerde te overhalen om aan te sluiten? De meeste regio's in onze provincie vielen onder hun toezicht, maar Charles en ik blokten dat telkens af. We stonden in eerste instantie op onze onafhankelijkheid. Ik denk maar aan de extra kosten voor de arbitrage. Zo houden we de lidgelden laag: 50 euro per ploeg, 15 euro per speler. We willen dat iedereen aan een democratische prijs kan deelnemen. Onze troef? Rang of stand spelen geen rol."
T-d: Wie waren de beste spelers die jullie hier aan het werk zagen? De meest bekende?
Gilbert: "Het is onmogelijk om een keuze te maken. Ik denk aan de broers Mouton, Yves Boulet, Bernard Hatse, Tom Medland. Eerder ook Elie Nys of William Cornelis. Maar ik vergeet nog veel toppers. Lajos Kű, en Dany Verlinden, oud-spelers van Club Brugge, doen bij velen een belletje rinkelen. Ooit kreeg SOS Piet (Huysentruyt) een rode kaart voor een natrap, maar hij zat nog in de hotelschool. In de beginjaren kwamen zij telkens uit met een ploeg, soms zelfs twee. Het gemeentepersoneel bracht ruim twintig jaar (1973-1995) een vijftal tussen de lijnen."
Charles: "Tot slot nog een eervolle vermelding aan vier spelers die minstens dertig jaar het beste van zichzelf gaven: Eddy Deberdt (Edison, De Kelle), Carlos Vanden Bussche (icoon bij Rolmops), Johan Dieleman (Edison) en Dirk Verhaeghe (Mozart)."
De minivoetbalcoördinatie start met het nieuwe seizoen in september, maar alleen als er voldoende ingeschreven teams zijn. Interesse? Geef een seintje via charles.vannecke@telenet.be