De IJslandvisserij is een verhaal van zwoegen, beulen, afzien in weer en wind, vechten tegen schuim en zware zee. Een verhaal vol heroïek maar ook barstensvol ellende en bittere armoede. Al jarenlang zijn de ijslandvissers onderwerp van lokale literatuurstudies, zo ook in Biekorf. Ben je IJslandvaart-dummie, maar wil je uitgroeien tot expert? Lees dan vooral verder.
Ze vertrokken in maart en keerden pas terug in het najaar met tonnen vol kabeljauw in het zout. Vijf, zes maanden op zee in mensonterende omstandigheden. Met een lijn in de hand visten ze uren na elkaar, tijdens de wintermaanden in dagen vol nacht, tijdens de zomermaanden in nachten met eindeloos veel licht.
De laatste IJslandvaarders van Koksijde kregen in 1962 aandacht in Biekorf. Auteurs Johan Coenraad Altorffer en Jacques Beun maakten er een tekst over de stoet van de Zeewijding, de Eeuwige Kruier en Babbe Roere met extra aandacht voor "de drie laatsten van Koksijde."
Aan 1,30 hectare land had een gezin genoeg om te overleven