Sinds 1954 prijkt de Zuid-Abdijmolen op dezelfde plaats – de molenwal – waar de oorspronkelijke molen van de cisterciënzer Duinenabdij stond. Een monument dat passanten en bezoekers met open wieken verwelkomt, net als de molenaars die zorgen dat de molen blijft draaien.

Molenaar Patrick Geryl trekt binnenkort met pensioen en geeft de meelschep door aan zijn opvolger Kjell Bartholomeus. Ondanks een behoorlijke dosis hoogtevrees beklom de redactie van Tij-dingen de steile treden van de molen. In dit interview vertellen Patrick en Kjell over hun dagelijkse taken, de uitdagingen van het molenaarschap en bijzondere momenten zoals het bezoek van Keizer Hirohito.

Tij-dingen: Hoe ziet een typische werkdag er voor jullie uit?

Patrick Geryl: "Ons eerste werk is het weer bekijken, want dat bepaalt wat er eerst moet gebeuren. Als de wind uit de verkeerde richting komt, moeten we de molen 'op de wind' (de wieken in de richting van de wind, red) zetten. Bij een staakmolen draait het molenkot rond een centrale, eiken staak. Omdat de wind uit alle hoeken kan komen, moeten de wieken naar de juiste kant worden gedraaid. Meestal staan er ook kleine herstellingen op het programma, die doen we zelf met de hulp van onze collega's uit de schrijnwerkerij van de Technische dienst."

Kjell Bartholomeus: "Elke dag worden de baanstenen ingesmeerd met reuzel – dat is gesmolten vet van een varken. De 4 baanstenen wegen elk 1.500 kg en die moeten soepel blijven draaien. Veiligheid is ook belangrijk. We checken de omheining en de afspanningen zodat bezoekers niet in de baan van de wieken staan."

Patrick: "Daarna zetten we de ramen en deuren open en beginnen we met draaien zodat we klaar zijn om de eerste bezoekers te ontvangen."

T-d: Hoeveel kg graan wordt er jaarlijks gemalen? Dat wordt dan gebruikt om bv. brood te bakken?

Patrick: "Ik moet bekennen dat ik sinds de coronaperiode geen meel meer heb gemaakt. De regels werden op dat moment zo streng dat het niet meer haalbaar was. Vroeger wel, toen maalde ik 1 ton per jaar, voor 2 bakkers in de buurt."

Kjell: "Volgend jaar pikken we die draad terug op, want voor mijn opleiding moet ik sowieso graan malen. Patrick toont me dan hoe het moet."

T-d: Hoe kwam je erbij om molenaar te worden?

Patrick: "Ik was eerst schrijnwerker aan de gemeente, in 1980 ben ik gestart. Toen we bezig waren met de molen te restaureren, kreeg ik de vraag om die open te houden. Ik heb serieus getwijfeld, maar toen ik het een keer probeerde, was ik direct verkocht. 35 jaar later sta ik hier nog altijd. Nu is het wel tijd voor een opvolger. (lacht)"

Kjell: "In 2018 was ik al eens jobstudent hier in de molen – 'Patje' is mijn oom vandaar. Toen de vacature de 1e keer werd uitgeschreven, had ik andere verplichtingen, maar toen niemand zich geroepen voelde en de vacature opnieuw verscheen, greep ik mijn kans. En nu ben ik hier."

T-d: Het is een job met veel verantwoordelijkheid. Vakantie nemen is niet simpel?

Patrick: "Van Pasen tot eind oktober kan ik niet weg. Het is dan heel druk met de zeeklassen en andere bezoekers die langs komen. Ik neem ondertussen al 38 jaar verlof in december. En dat zal voor mijn opvolger niet anders zijn. Een back-up had ik eigenlijk niet. Jef Ameeuw helpt wel mee met gidsen en springt af en toe in."

Kjell: "Gelukkig kan ik wel op Patrick rekenen als de nood het hoogst is, dus dat voordeel heb ik dan wel."

T-d: Heeft de molen veel onderhoud nodig?

Kjell: "Zoals ik al zei, moeten de baanstenen elke dag worden ingevet wanneer de molen draait. Zeker in de zomer zijn er altijd wel kleine herstellingswerken die op de planning staan. De molen dateert al uit 1773, een oud beestje dus."

Patrick: "In de winter is er minder onderhoud nodig omdat de molen dan niet draait. Die extra tijd gebruiken we dan om de zeilen te controleren, ik zorg dat er 4 nieuwe klaarliggen tegen de zomer, zodat ik snel kan schakelen, mocht er dan iets voorvallen. Ik maak die zeilen zelf, deze winter toon ik aan Kjell hoe dat gaat. Om de 5 jaar wordt de molen van top tot teen geschilderd. De collega-schilders helpen dan mee. Onze Zuid-Abdijmolen wordt altijd genomineerd als mooiste molen van Vlaanderen, een teken dat al het onderhoudswerk loont."

T-d: Je moet voortdurend het weer in de gaten houden? Heb je jouw eigen trucjes om het weer te voorspellen?

Kjell: "De weerapps zijn een belangrijk hulpmiddel, vooral Windy is betrouwbaar. Je mag er natuurlijk ook niet te veel op vertrouwen en nog altijd je buikgevoel en je ogen volgen. Het weer in Koksijde is – door het microklimaat – moeilijk te voorspellen. Het verandert snel."

Patrick: "De slechte julimaand heb ik goed voorspeld. (lacht) Het hangt van de wind af, als die uit het noordoosten of noordwesten komt, krijgen we geen goed weer. Dat er meer wind is dan vroeger? Ik moet alleszins meer optreden, ook 's nachts. Als de wind aanwakkert tot meer dan 4 beaufort, moet ik de molen draaien op de wind. Zeker als het onweert, met donder en bliksem, sta ik op wacht. Letterlijk. Ik hou dan vanuit Castel Fiertel de molen in de gaten En als de bliksem inslaat, kan ik het brandrisico beperken. Gelukkig is de molen geaard."

T-d: Waar leer je het beroep van molenaar? Bestaan er opleidingen?

Patrick: "Er bestaan zelfs scholen voor molenaars. Vroeger vond je er in elke provincie 1, nu blijven er nog 2 over in Vlaanderen. Ik heb het diploma van meester-molenaar, dus ik mag ook les geven. Zelf volgde ik les in Brugge, de opleiding duurde 1 jaar en ik moest minstens 100 uur stage lopen op een draaiende molen."

Kjell: "Mijn opleiding duurt ook 1 jaar. Ik krijg op verschillende plekken les, afhankelijk van welke molen we bezoeken. Ik kreeg al les in Ruiselede en Merelbeke. In de voormiddag theorie en in de namiddag een praktijkbezoek aan een molen. Na mijn opleiding loop ik 100 uur stage en daarna moet ik ook nog 25 maaluren op de teller hebben."

"Mijn meest exotische bezoeker? Keizer Hirohito uit Japan. Tot de molen begon te draaien… ik heb nog nooit iemand zo snel naar buiten zien stormen" (Patrick)

T-d: Wat zijn de belangrijkste eigenschappen voor een molenaar? Waarin moet je goed zijn?

Patrick: "Geen risico's nemen. Veiligheid primeert. Vroeger hingen molenaars voor hun levensonderhoud af van hoeveel kg graan ze vermaalden, dan is nu niet meer het geval. Als de wind 7 beaufort haalt, dan leggen we de molen stil. Geen enkele bezoeker haalt het op zo'n moment in zijn of haar hoofd om de molen te beklimmen. De molen zit niet met bouten vast op de stenen pijlers, hoe meer wind, hoe meer het gevaarte heen en weer schudt. Ook al weegt de molen 30.000 kg."

Kjell: "Remmen vind ik het moeilijkst: dat mag niet te snel of te traag gebeuren. Aan de as waar de wieken aan vastzitten, zit een tandwiel (vangwiel) met daarrond een houten band die in verbinding staat met een vangbalk (waar gewicht op zit). Om de molen stil te zetten, laten we de vangbalk zakken. En door het gewicht wordt de band die om het bovenwiel heen zit, er omheen getrokken. Zo zetten we de molen stil."

Patrick: "Die band volgt de contouren van het tandwiel. Ik heb die er zelf rond gespannen: door inkepingen te kerven in het hout en het vervolgens vochtig te maken, werd die band er langzaam rond getrokken. Een delicaat werkje."

T-d: Hoeveel bezoekers ontvang je jaarlijks? Komen die uit alle windstreken?

Patrick: "Toen ik pas begon, kwamen er 700 bezoekers over de vloer en ondertussen ontvang ik er elk jaar 8.000. Veel zeeklassen. Vooral uit het Franstalige en Duitstalige landsgedeelte."

Kjell: "De bezoekers komen eigenlijk van overal: Nederland, Duitsland en Italië, Rusland. Maar evengoed Koksijdenaars. Onze lagere scholen komen elk jaar op bezoek."

Patrick: "Mijn meest exotische bezoeker? Ongetwijfeld keizer Hirohito uit Japan. Op een dag kreeg ik telefoon: Mag keizer Hirohito op bezoek komen? Ja, natuurlijk mag dat. En zou je dan kunnen malen? Dat hangt van het weer af, maar ja, dat kan. Ik kreeg eerst de veiligheidsdiensten over de vloer om alles grondig te controleren en daarna zag ik de limousine aankomen met vlaggetjes, escortes en al. De vrouw van de keizer zag het niet zitten om de molen te beklimmen, maar keizer Hirohito wel. Tot de molen begon te draaien en alles meebewoog… ik heb nog nooit iemand zo snel naar buiten zien stormen en het was nog niet eens 7 beaufort. Ik kreeg wel wat drinkgeld achteraf. (lacht)"

T-d: De wieken worden regelmatig versierd – zoals met de eindejaarsperiode of het EK voetbal. Gevaarlijke toestanden?

Patrick: "De kerstverlichting hangt er van half november tot eind januari. Doordat ik in de brandweer zit – Kjell trouwens ook – kan ik de brandweerladder gebruiken. Heel gevaarlijk is dat niet, want we decoreren wiek per wiek. Peter Dalle en de collega's van team Decoratie helpen mee, want die kerstverlichting weegt te veel voor mij alleen. Ook met de Vlaamse en Belgische feestdagen krijgt de molen een kleurrijk jasje. Tijdens het voorbije EK was de molen een trouwe supporter van onze Rode Duivels, maar het hielp niet veel."

T-d: Patrick, het wordt niet gemakkelijk om deze stiel los te laten, het is geen 9-to-5-job. Zal je nog vaak passeren?

Patrick: "Normaal ben ik op 1 december met pensioen, maar ik toon deze winter nog alle kneepjes van het vak aan Kjell. En volgend voorjaar leer ik hem hoe hij moet malen, want dat is ondertussen al van voor corona geleden. Sowieso ben ik de buurt als hij me nodig heeft. En de molen is een icoon die je al van ver ziet. Uit het oog is zeker niet uit mijn hart. Het is mijn kindje. Wat ik het meest zal missen? De molen zelf en de zeeklassen. Na al die jaren heb ik een band opgebouwd met de leerkrachten. "

T-d: En heb je al plannen voor tijdens je pensioen?

Patrick: "Zeker. Ik ben van plan om een boerenpaard te kopen en daar al mijn tijd in te steken. Nee, serieus nu. (lacht) Mijn vrouw zou me vermoorden, want dan kunnen we opnieuw niet weg. Ik heb jaren gekoerst en dat zou ik graag terug oppikken, onlangs kocht ik een nieuwe fiets, maar tot nu toe heb ik daar nog geen meter mee gereden. Dat wordt dus dringend tijd. Op 1 december stop ik ook als adjudant bij de brandweer en als ambulancier. Veel uren die vrijkomen en die ik moet vullen."

De bezoekers komen eigenlijk van overal (Kjell)

T-d: Kjell, wat was je vorige job? Welke studies volgde je?

Kjell: "Ik was ook schrijnwerker, ik treed dus volledig in de voetsporen van nonkel Patrick. (lacht) Ik ben trouwens ook bij de brandweer, anderhalf jaar ondertussen. 4 jaar lang werkte ik als schrijnwerker in een privébedrijf. In 2018 studeerde ik af om daarna nog 2 jaar hogere studies te volgen, maar ik ben teruggekeerd naar mijn roots."

T-d: Patrick, heb je nog een leuke anekdote?

Patrick: "Heb je even tijd? Want ik heb er veel, maar de meest bijzondere is misschien wel het bezoek van een groep blinden. Met 15 waren ze. Die vraag kwam binnen via de dienst Toerisme. Geen simpele opdracht en toch krijg ik nog altijd kippenvel als ik aan dat bezoek terugdenk. Zo dankbaar. Die mensen moesten de molen letterlijk op de tast bezoeken: voelen aan het meel, de wieken, de centrale staak. Ze schonken me een fles champagne achteraf."

Kjell: "En die studenten met hun spandoek."

Patrick: "Inderdaad ook een mooie herinnering. Elk jaar komen studenten van de Karel de Grote Hogeschool uit Antwerpen op bezoek. Het spandoek dat ze voor me maakten, hangt hier uit in de molen. Toen ze hoorden van mijn pensionering, nodigden ze me uit voor een etentje. Toen ik daar aankwam, werd ik verwelkomd met een spandoek en een liedje dat ze speciaal voor mij schreven. Pakkend. Van de docent kreeg ik ook een persoonlijke videoboodschap via WhatsApp. Dan weet je dat je iets hebt betekend."